f)Dieren
natuurlijk
Roodborstje noem je
Veel meer dan met je naam.Duik je al eens op.
Op een uitgekozen moment.
Op een tafeltje in herfstzon.
Maar elders ook, altijd onverwacht.
Lijkt wel of je blijft staan of hangen.
Om dialoog aan te gaan.
Die korte momenten tussen ons.
Even geluk in mij met jou vangen.
En vrijer kan dan niet.
Je staart en je staartje.
Oogjes en pikkebekkje zo fijn.
Met al je opgepoetste kleuren.
Ben je aanmoedigend nieuwsgierig zijn.
Je lijkt wel een postbode uit de hemel.
Spaarzaam met ook jouw unieke lied.
Ons aan domheid van onrust herinnert.
Ons met je danspasjes op een andere voet zet.
Voor je weer je hoofdje draait.
Om je volgende luchtduik uit te meten.
DE VLIEG EN DE SPIN
Ze vloog door de open zomerdeur
Haar
noodlot tegemoet
Hij
spon zijn web met geduld
Wachtend
op haar zo zoet
Ze
zocht binnen wat ze buiten zo makkelijk vond
Bromde
wat door de kamer…dagenlang rond
Hij
zat soms uren roerloos te wachten
Van ’s
avonds tot ’s morgens ten achten
Ze
verlangde zo terug naar buiten
Maar
werd zo moe van haar gevecht met de ruiten
Hij
wist het, men ontbijt is levensmoe
En
komt wel na haar laatse salto naar me toe
Ze kon
niet meer en liet zich vallen
Zo
maar tegen belletjes van het web aanknallen
Hij
repte zich naar zijn vangst
Een
spartelend, levend brokje angst
Ze werd
door hem van haar vochten leeggezogen
En zo
kwam het dat ze sindsdien…
Nooit meer heeft gevlogen
De dromende kikker
Een
kikker tussen het riet
Geniet
de ganse dag
Vermag
wat wij niet kunnen
Spioneren
heelder uren
Glurend
naar alles wat beweegt
Leegt het
luchtruim al tongend
Sprong
hij daareven toch niet juist weg ?
Met het overvliegen van de specht
De
hommelende bijen
Neurien hun hemels lied
In het
zomers licht waar ik van geniet
Tonen
mekaar de weg
Naar
het stuifmeel achter het heg
Dansen
tot de wolken nieuwe regen aankondigen
Tegen
de natuur in zie je hen niet zondigen
Ze
verkondigen om pun manier hun ware woord
En als
je ze met rust laat worden zij ook niet gestoord
Alles
zou kunnen zijn zoals het hoort
Leer maar luisteren naar hun woord
De
bosduiven
’s
morgens hoog in een boom naast mekaar
kijken
ze zomaar je kamer binnen
voorspellen
ze me een dag om jaren later nog te beminnen ?
door
het open venster zie je hun kopjes draaien
hun
oogjes het mysterie van het leven in je zaaien
hebben
ze in de buurt een nest gemaakt
en is
het de aanwezigheid van de mens die hen zorgen baart ?
of
zijn ze door onze geest gezonden
om het woord in beelden te verkonden ?
TSJIRP
Tsjirp tsjirp tsjirp
Dacht
je dat ik niet zag wie me die scheet toewierp ?
Verdomme
musseschelm…voor jou kak heb ik geen helm.
Nu ben
je in mijn ogen wel een hele franke vogel
Toch
verdien je daarom geen kogel
Uit
het geweer van buurman Andre
We
zullen kalmeren , nettoyeren en drinken een kopje thee
Maar blijf voortaan met je kak
van ons mensendak
KAKELEN
Omdat ze ’t niet zo goed konden uitleggen
Besloten
ze van eieren te leggen
Ze
hadden ook wat graag een haan in de buurt gehad
Liefst
eentje die ook hen dagelijks even bezat
Al
kunnen ze vanuit de hoogte doen alsof ze er niet zijn
Hun
eitjes zijn zo fijn
Als ze
besluiten van te broeden
Wees
dan maar op je hoede
Stoor
je ze dan , dan maken ze een hels kabaal
En
vliegen ze wild weg uit hun nestportaal
Uit
liefde voor ons gooien ze zich ten slotte ook nog in …
Een
emmer heet water…maar da’s voor veel later
Nu
mogen ze nog jaren scharrelllen…
Terwijl we de mais in hun richting laten dwarrelllen
HET
EENDEOOG
Vandaag moet ik jullie toch iets heel biezonders
vertellen
Een
een haar ene oog ziet mij in ’t midden van ’t gras op een stoel
En met
haar andere oog de open deur…en toch gaat ze niet op haar beksmoel
Wat
gebeurdt er eigenlijk in dat hobbellige hoofdje van haar ?
Ze
kijkt niet scheel en haalt de beelden niet door mekaar
Terwijl
ze traag wandelt door het lange gras
Schudt ze haar kont…met veel ijver zoekt ze de vijver
de
Stimp :hij was-is een groot Kat
Hij
wist als je iets voor hem had.
Hij was concentratie en reaktie, in volle vermogen.
Hij was concentratie en reaktie, in volle vermogen.
De schrik
van menig muis tijdens zijn bewind in ons huis.
Menig
ongedierte tegen zijn onberekend snelle klauw-lamp gevlogen.
Ons
huis is nu wat meer leeg,
sinds
zijn hele houding, verstijfd zweeg.
We
kwamen tuis en hij stond aan de deur,
niet
zoals ne mens, maar altijd met gewoon goed kattenhumeur.
Dan
ging hij vaak kronkelend liggen,
om ons
tot knuffelen en vechten te bidden.
Mocht
hij er soms niet in, dan speelde hij het slim.
En was
hij eenmaal binnen,
verschool
hij zich tot iedereen buiten was.
Stond
je soms buiten tegen een boom te wateren,
kwam
hij soms wat tegen je been kateren...
Stond
je de vrieskou van je ruiten af te schrabb.en,
kwam
hij wat in de aarde dabben.
Hij
wou soms, net als wij, niet alleen buiten blijven;
dat
was wellicht de hele filosofie achter zijn wrijven.
Hij
had een lievelingsboom, daar kroop hij dan in,
een
wip naar het dak en zo bij z'n adoptie-ouders binnen;
er was
weinig tegen te beginnen, tegen deze bedorven kastaar...
maar
was hem er nog maar.
Ik
denk ook dat het met z'n dierlijk liefdesleven goed was gesteld,
dat
hebben de enorme kreten onder m'n venster me enkele keren verteld.
Dus
voor je het weet, wandelen hier poesjes voorbij;
en
denken we...daar is één van hem bij.
Misschien
denkt hij dan ook van ergens tussen de sterren :
'goed
dat'k de buurkat nog wat over de liefde kon vertellen...ze deed wel
verschrikkelijk woest, maar de liefde is toch niet verroest'.
Misschien
ging hij ooit de overbuurvrouw, Nieke, troosten;
zijn
ze nu in den hemel ...op de aarde aan het toosten.
Hij
was ook een vogelliefhebber, niet zoals ons honden;
die
aan de achterkant van 't huis al eens een vogel dodelijk verwonden.
Gelukkig
hebben honden en hij, mekaar nooit rechtstreeks ontmoet;
in het
ontwijken van die onnodige confrontaties was de Stimp te goed.
Van
als hij geboren werd, hield hij van het leven,
van
hem kunnen veel mensen nog iets leren.
Nieuwsgierig
naar elke beweging en elk geluid; als een kind;
nu is
ZIJN LIED VOOR ONS uit...als een bloem die na een tijd 'verschwind'
Uit. Gedeeltelijk,
want telkens we hem zullen herinneren,
zal er
wel iets in de kattenwereld SPINNEREN;
Net nu
hij weer lang in de zon kon gaan liggen;
heeft
één of ander te gehaast mens hem liggen.
Het
was geen zelfmoord, daarvoor had hij het te zeer naar z'n zin;
misschien
verlangde hij in één verstrooid ogenblik ;
naar
een hemelse gemalin.
Mischien
vergat hij dat er hier beneden nog zoveel was te doen.
Niet
alleen muizen pakken, met z'n fijne ZIJN en kunsten verblijden...zodat we al
eens niet hoefden te lijden.
In hem
zaten vitamienen voor ons, zoveel is zeker;
hij
was evenveel waard dan een apotheker.
Nooit
gestudeerd; even geleerd.
Wie
zullen we nu strelen als we ons avondwandeling gaan doen ?
Wie
gaan we nu onder z'n poten geven als ie iets niet mocht doen ?
We
zullen z'n overlijdensdag gedenken, de dag onze verwarming het begaf
en ik
's nachts m'n chauffage vergat af te zetten...
Stimp,
stoemmerik, gij die zo goed op jezelf kon letten !
Had je
de tijd van de dood niet wat kunnen verzetten
Ik zie
de peuter-Stimpy nog naar de chauffage-wekker loeren,
dat
getik ? ...een muis die ik moet buitenbonjoeren ?
Toen
hij de kamer nog niet uitmocht, voor hij de wereld buiten verkende,
heeft
ie misschien teveel naar 't mensenjournaal gekeken;
en is
daarom, z'n plicht verzakend, naar andere oorden uitgeweken ?
hij
was een groot kat, gaf z'n leven voor de mensheid;
en
wij; we hebben hem gewoon niet meer in huis thuis al zullen de muizen spoedig
dansen, er komen andere kansen
want
ergens ligt er een kattin haar jongen te zogen...
zodat
de stroom van het kattenleven niet uit gaat drogen.
Kattengedicht in winter
Weerom moord met vluchtsmisdrijf gisterennacht
's Morgens, de kuil was al gegraven
Februarikou, 't papier in vlammen
, verjoeg de vries, een laatste warmte
voor het versteven kattenlijk
De bevroren klonten aarde, wat fijngemaakt,
haar comfortabel te ontbinden gelegd
Met zon over de witte velden
Met ,toeval of niet, klokkengelui bij het dichtgegooide graf
Nooit meer haar klauwtjes scharrend in m'n pul
Met ,toeval of niet, klokkengelui bij het dichtgegooide graf
Nooit meer haar klauwtjes scharrend in m'n pul
Telkens voor ze op 't bed sprong
Om de dag weg te rusten.
Nooit meer haar drie maal daags krabben aan mijn
kamerdeur
Nooit meer gezeldschap voor de hond
Jij had het goed bij ons, je kon de hele dag binnen en
buiten. Kom je weer als kat of heb
je dat al gehad ?
Of neem je genoegen met lucht en licht en vocht en
aarde te zijn ?
Nog trager en vlugger in gedachten en reflexen dan je al was ?
adieu Porto,getemde oerhond
achter alles, wat niet-hond was; stoof ze altijd aan,
voor een pak vogels en enkele katten en konijnen was'
t dan plots gedaan
een 'knoep' in hun nek en ze waren van hun stek
is zo'n hond geprogrammeerd om aan andere soorten hun
geboorteregeling te doen ?
ze nam de buit nooit als iets wat ze om te eten had
vandoen
op een dag, te laat, beloofde ik haar een levensgezel
een jonk manneke, oh, wat werd ze weer snel
ze leefde tot 112 jaar en langer,
maar spijtig genoeg, 't was te laat om te worden
'zwanger'
haar geest zwerft nu over de
prairies heen en geeft hints aan vossen over waardat het wild zit...daarheen
Reiger in Regen
op euraziatische
plaat
geen zin in vis
vandaag
kikkers nog op de
maag
octo
Geen opmerkingen:
Een reactie posten